Als kleuters nog niet goed doorhebben hoe het moet en de tong nog ver naar voren houden als ze slikken, dan is er sprake van ‘infantiel slikgedrag’. Dit slikgedrag gaat bijna altijd samen met een verkeerde tonghouding bij de klanken, die eigenlijk met de tong achter de tanden gemaakt moeten worden, zoals bij de s/z, d/t/.
Het consultatiebureau “adviseert” om de mond dicht te doen als het kind begint te sabbelen op zijn tong. Mogelijk heeft het niet zoveel zin om de mond van het kind dicht te doen, omdat de tong waarschijnlijk tóch nog tussen de tanden doorglipt. Ook als is de mond gesloten, met de lippen op elkaar.
Een 3-jarige mag nog wel praten met de tong tussen de tanden, maar het advies is toch eens met uw dochter/zoon naar een logopedist te gaan. Die kan namelijk niet alleen iets over het praten zeggen, maar ook zien of uw dochter/zoontje last heeft met slikken. Het feit dat zij/hij zo langzaam eet, wijst vermoedelijk wel in die richting.
Een tweede reden om er toch eens naar te laten kijken door een logopedist, is dat het tong-sabbelen een gewoonte kan worden, die heel moeilijk af te leren is, net zoals het duimen. Ook kan uw kind de ‘zuig-slik’ (de kiezen komen dan niet op elkaar en de tong wordt tegen of tussen de tanden geperst) blijven houden, zoals uw kind gewend was te doen. Maar in combinatie met duim- of vingerzuigen en/of mondademen, kan dit in een groot aantal gevallen de oorzaak zijn, dat het gebit van uw kind naar voren uitgroeit.
De bovenkaak groeit ten opzichte van de onderkaak naar voren. Dit komt doordat de tong, tijdens verkeerd slikken, veel kracht uitoefent op het gebit en de kaak. Als er met de tong tegen de ondertanden geslikt wordt, kan de onderkaak ten opzichte van de bovenkaak naar voren groeien.
Hoe ouder en groter uw kind wordt, des te meer de tong grotere kracht uitoefent op het verkeerd ontwikkelen van zijn/haar gebit en de kaak. Omdat slikken onbewust gebeurt, moet het goede slikken bewust worden gemaakt en stap voor stap worden aangeleerd. Tussen 6 – 7 jaar, maar het liefst vóór het 10e jaar, moet het correct slikken aangeleerd worden. De logopedist kan tips geven om dat op te lossen.
Bij goed slikken rust het puntje van de tong tegen het gehemelte, vlak achter de boventanden. De tongpunt raakt de boventanden niet! De kiezen worden op elkaar gezet en het speeksel, het drinken of het voedsel wordt naar de keelholte gebracht door het afrollen van de tong tegen het gehemelte! De tongpunt verschuift niet tijdens het slikken!
Interessante informatie gevonden? Deel dan deze pagina op de sociale media en vertel het door.
